top of page
Penceel zonder achtergrond 2.png

Nieuws & blog

Wetsvoorstel: grootouders makkelijker toegang tot de rechter voor omgangsregeling

Het is fantastisch als opa en oma een fijn contact hebben met hun kleinkinderen, hen regelmatig zien of zelfs wekelijks oppassen. Helaas is dit niet altijd vanzelfsprekend. Waar een ouder aan de rechtbank een verzoek tot omgang met het kind kan doen, kunnen opa en oma dat ook. De praktijk leert echter dat zo'n verzoek van opa en oma (te) vaak niet wordt toegewezen. De drempel voor grootouders om toegang te krijgen tot een inhoudelijke beoordeling door de rechter blijkt (te?) hoog te zijn. Hier komt wellicht binnenkort verandering in. Er is namelijk een wetsvoorstel ingediend dat tot doel heeft deze drempel te verlagen.


Hoe zit het nu?

Het recht op omgang tussen het kind en de grootouder is in Nederland wettelijk vastgelegd, namelijk in artikel 377a van boek 1 van het Burgerlijk Wetboek. Het artikel ziet niet specifiek op grootouders, maar schrijft voor dat het kind recht heeft op omgang met 'degene die in een 'nauwe persoonlijke betrekking' met hem staat. Dit betekent dat een grootouder die een omgangsregeling met zijn of haar kleinkind wil laten vastleggen, allereerst moet aantonen dat sprake is van een 'nauwe persoonlijke betrekking'.


Voor een nauwe persoonlijke betrekking is enkel bloedverwantschap niet voldoende. Grootouders dienen te stellen en aan te tonen dat zij meer dan het gebruikelijke contact hadden met hun kleinkinderen. Dit is bijvoorbeeld het geval wanneer het kleinkind een tijdje intensief door de grootouders is verzorgd. Een enkele oppasdag is niet voldoende. Pas indien deze 'nauwe persoonlijke betrekking' vaststaat, komt de rechter toe aan een inhoudelijke toetsing van het verzoek.

Het wetsvoorstel

In juli 2022 is een wetsvoorstel opgesteld dat beoogt de drempel voor toegang tot de rechter te verlagen. De bedoeling is dat de eerste horde, het aantonen van de 'nauwe persoonlijke betrekking' wordt verlaagd door in de wet op te nemen: “Een grootouder wordt vermoed in een nauwe persoonlijke betrekking tot het kind te staan.”


Deze aanpassing zou grootouders direct toegang geven tot een inhoudelijke toetsing van hun verzoek, zonder dat zij de hoge drempel om überhaupt tot een inhoudelijke toetsing te worden toegelaten hoeven te nemen. De initiatiefnemers van het wetsvoorstel vinden dit noodzakelijk, omdat het verdrietig en schadelijk voor het kind wordt geacht indien contact tussen grootouder en kind onvrijwillig wordt verbroken. In zo'n geval moet makkelijker het inhoudelijk oordeel van een rechter kunnen worden gevraagd, aldus de initiatiefnemers.


Het wetsvoorstel bevat geen wijzigingen voor de inhoudelijke toetsing van het verzoek.


Zodra er nieuws is over het wetsvoorstel, lees je het hier!





61 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page